Economische inmenging China in Vlaamse havens
Jonathan Holslag, professor Internationale Politiek aan de VUB, benadrukte onlangs in een rapport dat Chinese rederijen zich doelbewust in onze havens nestelen. De professor waarschuwt dat onze strategische autonomie zo in het gedrang komt. Vlaams Parlementslid Wim Verheyden (Vlaams Belang) benadrukte in 2020 reeds het gevaar van de Chinese invloed op de Vlaamse havens, maar dat viel toen grotendeels op een koude steen bij Vlaams minister-president Jan Jambon (N-VA). “Ik hoop dat de Vlaamse regering deze problematiek eindelijk serieus zal nemen”, reageert Verheyden nu. Hij ondervroeg de minister-president daarom deze week opnieuw over de kwestie. “Onze strategische autonomie wordt op verschillende vlakken bedreigd.”
China probeert al jaren zijn greep op de Europese zeehavens te versterken. Ook Vlaanderen ontsnapt niet aan de Chinese drang om meer invloed te verwerven in Europa. Professor Holslag merkt in zijn rapport onder andere op dat de grootste containerterminal in de haven van Zeebrugge bijvoorbeeld voor meer dan 80 procent afhangt van het Chinese staatsbedrijf COSCO Shipping Lines. COSCO is samen met de China Merchants Group een van de twee grootste Chinese rederijen. Ook de haven van Antwerpen is erg afhankelijk van die rederijen. Holslag wijst er bovendien op dat deze staatsbedrijven volledig ten dienste staan van de agenda van de Chinese Communistische Partij. Zo ontwerpen de rederijen doelbewust schepen opdat ze later ingezet kunnen worden in conflicten. Het is dan ook niet ondenkbaar dat ze gebruikt kunnen worden in een potentieel conflict met Taiwan.
“Als we ooit op enigerlei wijze in aanvaring komen met China kunnen zij hun invloed op onze haven tegen ons gebruiken”
Verheyden stelde meer dan twee jaar geleden al vragen over de toenemende Chinese invloed op de Vlaamse havens aan minister-president Jambon. “Dit is geen nieuw gegeven en ook niet het eerste rapport hieromtrent”, stelt Verheyden. “Als we ooit op enigerlei wijze in aanvaring komen met China kunnen zij hun invloed op onze havens tegen ons gebruiken. De secretaris van de Communistische Partij binnen COSCO wond er alleszins nooit doekjes om. Hij stelde dat elk schip een ‘ideologisch fort’ moet zijn.”
De minister-president erkende het probleem, maar verwees tegelijkertijd naar de Griekse haven van Piraeus om de problematiek te nuanceren. Die Griekse haven is zo goed als volledig in Chinese handen. “Een onterechte nuance”, volgens het Vlaams Parlementslid. “De twee zaken vallen niet te vergelijken, want in Griekenland is de haven zelf daadwerkelijk grotendeels in handen van China. Een disproportioneel grote invloed van Chinese rederijen in onze havensector valt niet te vergoelijken door te beweren dat het erger kan.”
Verheyden beklemtoont ook het belang van een screeningsmechanisme voor buitenlandse investeringen. Daartoe werd in juni een samenwerkingsakkoord gesloten tussen de federale staat en de deelstaten, maar dat ligt momenteel nog voor bij de Raad van State. “We moeten zo snel mogelijk werk maken van een grondig screeningsmechanisme”, besluit hij. “Onze strategische autonomie mag niet te grabbel worden gegooid aan landen zoals China.”
