
Enkele jaren geleden bracht koning Albert een bezoek aan Auschwitz. In toespraken waarschuwen de Coburgers graag voor de “gevaren van het racisme en het fascisme”, waarmee men meestal – voor binnenlands politiek gebruik – het Vlaams-nationalisme bedoelt. Maar, zoals de Antwerpse dichteres Alice Nahon al wist, is het soms ook goed in ’t eigen hert te kijken…
In het recente boek ‘Vrouwen naast de troon’ onthullen drie historici (prof. Mark Van den Wyngaert, journaliste Misjoe Verleyen en Lieve Beullens) dat Fulco Ruffo di Calabria, de vader van de huidige koningin Paola, een aanhanger van Mussolini was. De man was van 1934 tot 1944 senator voor de fascistische partij in Italië. Hij werd nadien veroordeeld door het Italiaanse gerecht voor medeplichtigheid aan de misdaden van het fascisme. “Van koningin Fabiola was al lang geweten dat haar familie dicht bij het Franco-regime stond,” voegen de auteurs er vandaag in De Standaard nog aan toe.
Het feit komt bovenop eerdere onthullingen over het bezoek van Leopold III aan Adolf Hitler in november 1940 (professoren Velaers en Van Goethem in ‘de koning, het land, de oorlog’), de vriendschapsband van de koninklijke familie met lijfarts en SS-generaal Gebhardt en de op zijn zachtst gezegd merkwaardige uitspraken van Leopold over de nazi’s en de joden (publicist Paul Beliën in ‘A Throne in Brussels’).
Coburg en dictatoriale regimes: het is de jongste decennia meermaals een goed huwelijk gebleken. Vandaag lijkt de koninklijke familie echter aan collectief geheugenverlies te lijden. Wie alsnog publieke verontschuldigingen van het Hof verwacht, komt waarschijnlijk bedrogen uit. Aan schijnheiligheid is in Laken nog niemand doodgegaan.