Wie kritische geluiden laat horen in de discussie over homohuwelijk en homoadoptie krijgt onvermijdelijk de linkse kerk en de politiek-correcte kaste over zich heen. Van een open en eerlijk debat met ruimte voor nuancering en argumenten is geen sprake. Argumenten tegen het homohuwelijk en het zogenaamde ‘adoptierecht voor holebi’s’ worden steevast weggehoond of komen gewoon nergens aan bod.
In die zin is het bijzonder verheugend nog eens de stem van het gezond verstand te horen.
Gerard Bodifée maakt in Knack brandhout van het fameuze ‘adoptierecht’ voor holebi’s.
Volgens Bodifée zijn de rechten van het kind daarbij van doorslaggevend belang. “Er zijn geen belangrijker rechten dan die van het kind. De rechten van het kind primeren op die van de vrouw, op die van de man en op die van alle minderheidsgroepen in de samenleving.”
Gerard Bodifée schrijft dat het kind recht heeft op een gezin waarin een moeder en een vader aanwezig is en haalt zwaar uit naar de modernistische trend dat alles moet kunnen. “De bewering dat homokoppels een kind alles kunnen bieden wat het voor zijn ontwikkeling en affectieve behoeften nodig heeft, is een flagrante miskenning van de menselijke natuur. Zij kan alleen het product zijn van een ideologie die gelijkheid oplegt aan wat verschillend is en die overal het monster van discriminatie meent te moeten zien.”
Bodifée slaat de nagel op de kop. We mogen aannemen dat de meerderheid van de Vlamingen – en ook heel wat verstandige homoseksuelen die niet meestappen in de dwaasheid – het met hem eens zijn. De wettelijke erkenning van het homohuwelijk is niet meer dan een dwaze politieke stunt. De invoering van het adoptierecht voor homo’s is, om het met de woorden van Bodifée te zeggen, “een onmenselijke leugen” die voorbijgaat aan de menselijke natuur én de belangen van het kind.