
De Nederlandse journaliste Fleur Jurgens liet in 2007 nogal wat stof opwaaien met haar boek ‘Het Marokkanendrama’. Daarin gaat ze op zoek naar de diepere oorzaken van overlast, verbaal en fysiek geweld en criminaliteit bij allochtone, vooral Marokkaanse jongeren. Jurgens legt zich niet zomaar neer bij de allochtone slachtoffercultus en de linkse excuuscultuur, zoals een Jan Blommaert die het allemaal ónze schuld noemt. De schuld van uitsluiting, discriminatie en racisme in de maatschappij. Jurgens, Marion Van San en vele anderen hebben dat verhaal al vaker ontmaskerd als een goedkoop sprookje.
Wat is er mis met nogal wat Marokkaanse jongeren? Waarom verzieken ze de boel, op school, op straat, in openbare zwembaden of op de tram? Waarom pesten ze kinderen, vrouwen, leerkrachten, ambulanciers of brandweerlui? Uitspraken zoals ‘Ach, het is maar wat kattenkwaad. Het heeft wat tijd nodig’ geven geen bevredigend antwoord, want vier jaar na het verschijnen van het boek is er niet veel veranderd. Niet bij ons en niet bij onze noorderburen. Daar werd vorige week een begrafenisstoet verstoord door Marokkaanse jongeren die minutenlang “Joden! Joden!” scandeerden. De directrice van de uitvaartonderneming is een dappere dame, want ze schreef met naam en toenaam een open brief naar de moskeeën in Nederland en alle Tweede Kamerleden waarin ze het incident aankaartte. “Ze willen niets anders dan kwetsen, zo erg mogelijk. Daarom gebruiken ze ‘Joden’ als scheldwoord en dan ook nog bij een uitvaart! Ik weet niet wat hen bezielt.”
Ook journalist Joost Niemöller vraagt het zich luidop af. “Wat bezielt die gasten? Wat maakt ze zo extreem agressief? Wat is dit voor krankzinnig gedrag? Politieagenten die worden aangevallen. Sinterklazen die beveiligd moeten worden op straat. En nu dus het zoveelste dieptepunt, een doodgewone rouwstoet, met doodgewone mensen, in verdriet gedompeld om een familielid.” Verstoord door jonge Marokkaanse ettertjes. ‘Kutmarokkanen’ noemde Yves Desmet hen ooit in een onbewaakt ogenblik of zatte bui…
Ja, wat bezielt die gasten? “Het ergerlijke is dat daar tot nu toe nauwelijks onderzoek naar gedaan wordt”, merkt Niemöller terecht op, “want onder criminologen in Nederland (en België!) is het niet bon ton om te kijken naar de culturele en biologische aspecten van dit soort totaal uit de hand gelopen, verbijsterende gedrag.” Voor wie zich niet aan de grijsgedraaide linkse clichés en excuses houdt, dreigt meteen de spreekwoordelijke brandstapel. Maar dat schrikt de Nederlandse journalist niet af.
“Is het de invloed van het Rif-gebergte? Is het de islam? Is het een biologisch defect, ontstaan door incest? Heeft het te maken met een laag IQ? Komt het door een gebrek aan normen en waarden onder Marokkaanse ouders?” Is het een gevolg van ontworteling? Van botsende culturen? Van religieus geïnspireerd racisme? “We zullen het nooit weten”, besluit Niemöller, “zolang de wetenschap (ook pers en politiek, nvdr) het ‘stigmatiserend’ vindt om hier consequent en met open vizier onderzoek naar te doen. Ondertussen hobbelen we van incident naar incident. Soms komt het in de media, vaak niet.”
“Respect!” Dat hoor je vaak bij allochtone jongeren. Maar heel vaak is het niet meer dan een excuus, een alibi voor asociaal gedrag, onaanvaardbare uitspattingen en criminaliteit. Respect is leuk. Daar kan niemand wat tegen hebben. Maar respect moet je wel verdienen. En het moet van twee kanten komen. Aan die essentiële voorwaarden ontbreekt het jammer genoeg heel dikwijls.