
Volgens de gangbare visie op internationaal recht moet de soevereiniteit van landen gerespecteerd worden en houdt een instelling als het Europees mensenrechtenhof in Straatsburg alleen toezicht op flagrante overtredingen van de mensenrechten, zoals foltering. De realiteit is helemaal anders: het mensenrechtenhof interpreteert de mensenrechten zo ruim dat men zich kan bemoeien met zowat alles, en de rechters gedragen zich steeds meer als plaatsvervangers van de democratisch verkozen Europese regeringen.
Een kras staaltje daarvan werd geleverd op 3 november 2009. Een kamer van het Europees mensenrechtenhof verklaarde in de zaak-Lautsi dat het ophangen van een kruisbeeld in een klaslokaal in Italië zowaar een brutale schending was van de mensenrechten. Het zien van een kruisbeeld is voor kinderen ‘emotioneel verwarrend’, zo klonk het. Die uitspraak werd gedaan door een kamer met als voorzitter Francoise Tulkens, rechter namens België, en rechter Karakas, rechter namens… Turkije.
Twee zaken vallen op te merken. Dat mensenrechtenhof hangt niet af van de Europese Unie, maar van de Raad van Europa, zodat de vertegenwoordiger van het islamitisch land Turkije dat zélf de mensenrechten niet respecteert hier mee veroordelingen uitspreekt van Europese lidstaten. En België en dus ook het rechtse Vlaanderen wordt vertegenwoordigd door een Franstalige, die de meest linkse visie op mensenrechten mee doordrukt…
Na massaal protest werd de zaak herbekeken door de grote kamer van het mensenrechtenhof, en Tulkens en Karakas werden teruggefloten: op 18 maart 2011 besliste het hof dat de kruisbeelden mogen blijven. Daarmee is het gezond verstand teruggekeerd. ‘Maar in andere gebieden, zoals immigratie en asiel, maakt het mensenrechtenhof elk ernstig nationaal beleid helaas onmogelijk, door elk uitwijzingsbeleid te verhinderen’, aldus Europees parlementslid Philip Claeys. ‘Ook daaraan moet dringend een einde komen!’