In Brussel werden twee leraressen ontslagen omdat zij ook buiten de godsdienstlessen hun islamitische hoofddoek wilden blijven dragen. Dat was in het schoolreglement nochtans uitdrukkelijk verboden. Zoals te verwachten was, leverde dat een massa commentaarstukjes in de pers op.
Mathias Danneels in Het Nieuwsblad begint met een optimistische noot: “Gelukkig treedt in het beroepsleven ook een geëmancipeerde generatie van vrije moslima’s aan die de uiterlijke tekenen van hun religieus-culturele identiteit achter zich hebben gelaten.” Ja, er zijn inderdaad islamitische vrouwen die zich westers kunnen kleden. Mathias Danneels heeft natuurlijk wel gelijk als hij erop wijst dat vele vrouwen de hoofddoek niet uit vrije wil dragen, en dat het gewone sjaaltje dat alleen de haren bedekt dikwijls maar een eerste stap is naar een sluier en zelfs een allesverhullende boerka.
In De Morgen lazen we dan weer een verrassende uitspraak van directeur Jacky Goris, van de school waar die twee leerkrachten lesgaven. Hij zegt ronduit: “Veel leerlingen tonen zich opgelucht over het verbod, want de leerkrachten hebben een voorbeeldfunctie.” En als die twee leraressen hun hoofddoeken overal mogen dragen, dan krijgen fundamentalistische stokebranden natuurlijk weer meer speelruimte om islamitische meisjes te dwingen óók zo’n hoofddoek te dragen.
Christopher Oliha, de voorzitter van het Minderhedenforum, krijgt een forum op de opiniebladzijde van De Standaard. Hij gaat onmiddellijk de demagogische toer op: “Blijkbaar is een lapje stof voldoende om mensen op straat te zetten.” Het is een oude truc. Zo kun je natuurlijk de betekenis van àlle symbolen ontkennen. Vindt de heer Oliha bijvoorbeeld dat een leerkracht een schildje met een Vlaamse Leeuw op zijn vest mag dragen? Dat is immers ook maar een lapje stof? En dan hebben we het nog niet over een joodse leerkracht die de euvele moed zou hebben een speldje met een davidsster op zijn kraag te steken, of een vlaggetje van Israël. Een speldje, meneer Oliha? Een vlaggetje? Daar zouden moslims toch nooit agressief op reageren, nietwaar? Zij zijn immers vreedzaam en tolerant? Ja toch?
En tot slot willen we nog even een oud citaat van Mia Doornaert over de hoofddoekenkwestie opdiepen: “Mag een vrijgevochten vrouw, die naar het lot van haar zusters in islamitische paradijzen kijkt, nog zeggen dat ze wel goed gek zou zijn als ze niet islamofoob was? De discussie over de hoofddoek baadt in die heilloze dubbelzinnigheid. Het is waar dat die hoofddoek als symbool stuitend is. En het is verschrikkelijk dat zoveel vrouwen hun statuut van minderwaardigheid zo verinwendigd hebben dat ze de hoofddoek als een deel van hun identiteit claimen. […] Daarnaast dragen veel vrouwen en meisjes de hoofddoek om allerlei redenen, omdat ze thuis onder druk staan, omdat ze voor “zeug” en “hoer” uitgemaakt worden als ze blootshoofds rondlopen, omdat ze in sommige wijken zelfs mishandeling en groepsverkrachting riskeren als ze “westers” gekleed gaan. Het is niet gemakkelijk voor een kind of een tienertje tegen zo’n druk en zo’n dreiging in te gaan.” Mia Doornaert schreef dit in De Standaard op 16-01-2004. Maar het is nog steeds brandend actueel.