
De tv-debatten zijn achter de rug. Wij zijn nog twee weken overgeleverd aan de blinde ‘Obamamania’ in onze vaderlandse pers en dan weten we of Obama ook de meerderheid van de Amerikaanse kiezer heeft kunnen overtuigen en aan zijn tweede ambtstermijn mag beginnen. Dat wordt nog een dubbeltje op zijn kant. De lijst van niet ingeloste verwachtingen en gebroken beloftes is immers lang, de economische cijfers zijn ronduit slecht en de financiële toestand van het land is dramatisch. Bovendien botste Obama in de presidentiële debatten op een onverwacht sterke Mitt Romney. Bij gebrek aan een ‘autocue’ (een videoschermpje van waarop Obama gewoonlijk zijn knap opgebouwde toespraken afleest), moest Obama het vooral hebben van de hulp van journalisten of leugens.
Benghazi
Eén van de sleutelmomenten in het vorige (tweede) grote debat was de moord op de Amerikaanse ambassadeur in Benghazi (Libië). Romney verweet Obama dat hij maar slap had gereageerd op die aanslag, waarop Obama pareerde dat hij de moord meteen had veroordeeld als een ‘act of terror’. Wat Romney dan weer tegensprak. Obama kreeg daarop wat hulp van Candy Crowley, de moderator: ‘Laten we eens kijken wat de president gezegd heeft.’ Daarop volgde een beeldfragment van een toespraak waarin Obama inderdaad sprak van ‘acts of terror.’ Een glunderende Obama vroeg de moderator nog eens duidelijk te herhalen dat hij de moord wel degelijk had veroordeeld, wat ook gebeurde. In voetbaltermen noemen ze dat een ingestudeerd ‘één-tweetje’, een voorzet die handig wordt ingekopt… “Als Crowley Romney was gevolgd, had Obama op dat moment definitief de verkiezingen verloren. Ze hield Obama overeind,” schrijft de Nederlandse journalist en Amerika-kenner Leon de Winter (De Dagelijkse Standaard).
Flagrante leugen
Er is natuurlijk een duidelijk onderscheid tussen een ‘act of terror’ (een terreurdaad) en het begrip terrorisme. “Het Witte Huis was als de dood voor de term ‘terrorisme’. Want een terroristische aanslag op de Amerikaanse ambassadeur in Libië, waar Obama de opstandelingen actief heeft gesteund, kan niet anders worden beschouwd dan als een nederlaag voor Obama,” merkt Leon de Winter terecht op. Twee weken lang weerklonk uit het Witte Huis (woordvoerder Jay Carney, de minister van Buitenlandse Zaken Clinton en VN-ambassadrice Rice) de boodschap dat de aanslag het gevolg was van het beruchte anti-islamfilmpje op YouTube. Niet dus.
De CIA wist direct dat het niét om een uit de hand gelopen moslimprotest ging, maar om een aanslag van Al Qaida. Dat blijkt nu ook uit uitgelekte mails. Twee uur na de feiten waren hoge Amerikaanse regeringsfunctionarissen al op de hoogte van het feit dat de aanval was opgeëist door islamitische terroristen. De nieuwe bewijslast komt – in de laatste rechte lijn vóór de verkiezingen – erg ongelegen voor Obama. Want kiezers worden niet graag belogen. “Kan Obama liegen alsof het gedrukt staat? Ja, dat kan hij. Want het doel heiligt de middelen”, besluit Leon de Winter scherp. “Obama liegt op tv. Niet uit onnozelheid, maar met opzet, omdat de feiten hem onwelgevallig zijn. Is dat de man die de vrije wereld moet leiden?” Goeie vraag. Al wordt ze niet gesteld in onze gestroomlijnde kranten en al helemaal niet op de VRT (naar eigen zeggen ‘een baken van onpartijdige en correcte berichtgeving.’ Tja…)