Wij vielen zo ongeveer van onze stoel. In De Tijd (01.12.2006) werd gemeld dat Onkelinx voor de nultolerantie was. Bij verder onderzoek blijkt dat de minister van Justitie Onkelinx (PS) het alleen heeft over sociale fraude. Ze “eist dat het gerecht grote sociale fraudezaken systematisch vervolgt voor de rechtbank”. Haar ijver beperkt zich blijkbaar alleen tot misdrijven op sociaal vlak. Waarom geen nultolerantie voor misdrijven die rechtstreeks te maken hebben met de veiligheid van de burgers?
Onze argwaan werd nog meer gewekt toen we het artikel verder lazen: “Het is de eerste keer dat het gerecht nationale richtlijnen krijgt om de sociale fraude aan te pakken. Momenteel krijgen slechts een op de vier processen-verbaal van de sociale inspectiediensten een strafrechtelijk gevolg”.
Interessant. Misschien wil de PS in de aanloop naar de parlementsverkiezingen in 2007 zich ‘sociaal’ profileren en vooral haar eigen achterban overtuigen van haar ‘nut’? De Luikse procureur-generaal Cédric Visart de Bocarmé nam in een andere bijdrage in de financieel-economische krant alle onduidelijkheid weg: “We willen geen heksenjacht ontketenen. Al jaren is er in de strijd tegen de sociale fraude geen lijn te trekken in het vervolgingsbeleid van het gerecht (…) Om een einde te maken aan die willekeur komt er een rondzendbrief die alle auditoraten dezelfde prioriteiten oplegt. We willen geen heksenjacht, maar de wet moet worden toegepast.” (De Tijd, 01.12.2006)
Dezelfde topmagistraat besluit: “Vooral de opbrengsten voor de staatskas zouden moeten stijgen”. ‘Dans la queue le venin’, zegt het Franse spreekwoord. Stijgende inkomsten van de staatskas als alibi om bepaalde misdrijven aan te pakken: dit kan alleen in België. Het bewijst ook dat het zogenaamd veiligheidsdiscours van de PS gewoon praatjes voor de vaak zijn.