Persberichten
donderdag, 20 jun 2019

Taalrapport 2018 toont aan: taalwet in Brussel is slechts vodje papier

De naleving van de taalwet door de Brusselse lokale besturen blijft zo goed als onbestaande. Dat blijkt uit een analyse die het Vlaams Belang maakte van het Taalrapport 2018 van de Brusselse vicegouverneur. Opnieuw is meer dan 95.5% van alle contractuele aanwervingen  van Franstaligen bij de Brusselse OCMW’s in flagrante strijd met de taalwet.

In 2018 werden in totaal 3.113 beslissingen onderworpen aan het taaltoezicht van de vicegouverneur. Daarvan waren er amper 673 of 21.62% in orde met de taalwetgeving.  Opgesplitst echter merken we dat van alle beslissingen over Nederlandstaligen 53.62% in orde was met de taalwet, tegenover amper 18,51% van de beslissingen over Franstaligen.

Voornamelijk de Brusselse OCMW’s blijven hun voeten vegen aan de taalwet en dus aan de grondwet. Maar liefst 91,92% van alle dossiers ging in tegen de taalwet. Opgesplitst per taalrol was dat 70.5% van de Nederlandstalige en 92.88% van de Franstalige dossiers, met als absolute dieptepunt dus het feit dat 95.5% van alle contractuele aanwervingen  van Franstaligen bij de OCMW’s niet conform was.

De cijfers van de illegale benoemingen en aanwervingen blijven dus op een historisch ‘hoogtepunt’ staan. Voor wat betreft de OCMW’s (in 2018 dus 91.92%) bedroeg dit cijfer 5 jaar geleden (2013) nog 82.98%.

Slechtste leerling van de Brusselse klas is Sint-Jans-Molenbeek. In 2018 waren er bij de gemeente 9 aanwervingen/benoemingen van Franstaligen en geen enkele van Nederlandstaligen. Van die 9 was er geen enkele (0%!) in orde met de taalwet. Bij het OCMW van Sint-Jans-Molenbeek was er welgeteld 1 aanwerving/benoeming van een Nederlandstalige (een stagiair dan nog) tegenover 121 Franstaligen.  Van de 113 Franstalige contractuelen was er opnieuw 0% in orde met de taalwet. Maar ook het OCMW van Brussel-stad slaagde er in 2018 in om van de 174 contractuele aanwervingen en benoemingen er geen enkele conform de taalwet gedaan te hebben. Ook de gemeentes Ganshoren (0 op 57) en Sint-Agatha-Berchem (0 op 41) behoren tot de zwaarst gebuisden.

In heel dit verhaal dragen niet enkel de 19 Brusselse gemeentes en OCMW’s een zware verantwoordelijkheid, maar ook de Brusselse regering en het Verenigde College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, net zoals de bevoegde minister van Binnenlandse Zaken in 2018 (Jan Jambon, N-VA). Noch de Brusselse regering noch het College van de GGC hebben in 2018 ook maar één schorsing door de vicegouverneur omgezet in een vernietiging. Daarmee geeft de Brusselse regering (Open VLD en CD&V incluis!) dus het heel duidelijke signaal dat de taalwet wat hun betreft absoluut niets waard is. Even bedenkelijk is dat toenmalig minister Jambon het opnieuw vertikte om een bijzonder toezicht in het leven te roepen en de vernietigingsbevoegdheid over te dragen aan de Brusselse vicegouverneur. Ook in 2018 draaide de communautaire NVA-diepvriezer op volle toeren!

Tenslotte is er nog het wederkerende probleem van de pariteit voor hogere betrekkingen (graad A5 en hoger). Daar dienen minstens 25% van die betrekkingen voorbehouden te worden aan Nederlandstaligen. De gemeenten Elsene, Koekelberg, Sint-Gillis, en beide Woluwes slagen daar niet in. Bij de OCMW’s  zijn er liefst 8 die daar niet in slagen, waarvan Koekelberg, Oudergem, Sint-Joost-ten-Node, Ukkel, Vorst en Watermaal-Bosvoorde zelfs geen enkele betrekking A5 of hoger aan een Nederlandstalige gunden. Deze ronduit discriminatoire houding kost de Vlamingen in de hoofdstad vele honderden jobs.

Zowel in de Federale Kamer van Volksvertegenwoordigers als in het Brussels Hoofdstedelijk Parlement en de VVGGC zal het Vlaams Belang hierover interpelleren!

Het Vlaams Belang roept de andere Vlaamse partijen zowel in Brussel als op federaal vlak op om van de naleving van de taalwetten een breekpunt te maken. Concreet eist het Vlaams Belang dat de vernietigingsbevoegdheid van aanwervingen en benoemingen in handen komt van de Brusselse vicegouverneur, en dat er zware sancties zouden worden opgelegd aan die Brusselse gemeenten en OCMW’s (Elsene, Sint-Lambrechts-Woluwe, Koekelberg, Brussel-stad) die blijven weigeren om hun beslissingen en verdelingen per taalrol ter controle door te zenden naar de vicegouverneur.