Nieuws
vrijdag, 21 mei 2021

Mensen moeten tijdig ontwikkelingsstoornissen kunnen laten diagnosticeren: “Wachttijden wegwerken”

Het Vlaams Belang vindt dat mensen bij vermoedens van een ontwikkelingsstoornis (zoals ADHD, Autisme Spectrum Stoornis, dyslexie) zich tijdig moeten kunnen laten diagnosticeren op multidisciplinair niveau. Verschillende centra in Vlaanderen zijn hiervoor gesubsidieerd, maar een tijdige toegang kan nog steeds niet worden gegarandeerd. “De timing in het diagnosticeren is net van belang om secundaire problemen te voorkomen en om te voorzien in een gepaste aanpak”, reageert Vlaams Parlementslid Suzy Wouters (Vlaams Belang). Zij stelde er een parlementaire vraag over aan Welzijnsminister Wouter Beke (CD&V). “De minister moet initiatieven nemen om de verschillende centra op elkaar af te stemmen om de diagnostiek te optimaliseren”, aldus Wouters.

Recent onderzoek toont aan dat verschillende organisaties en professionals in Vlaanderen geen eenduidige visie hebben op het concept diagnostiek, noch op de concrete invulling ervan. Dit kan leiden tot onduidelijkheden tussen de spelers en tot andere verwachtingen, wat de samenwerking en doorverwijzing bemoeilijkt. Ook is er een capaciteitsgebrek om de huidige vraag naar het diagnosticeren van ontwikkelingsstoornissen in te vullen.

Vlaams Parlementslid Suzy Wouters (Vlaams Belang) haalde in september vorig jaar al aan dat de wachttijden zijn toegenomen tussen aanmelding en het eerste onderzoek. Er zou een inhaalbeweging opgestart worden, maar tot op heden blijft een structurele capaciteitsuitbreiding uit. “Een betere doorverwijzing en samenwerking binnen de organisaties zou hier al een grote rol kunnen spelen”, aldus nog Wouters. 

“Diagnostiek moet geoptimaliseerd en toegankelijk worden mits gegevensregistratie”

Volgens het Vlaams Belang moet er een gedeeld beleidskader komen voor alle organisaties met dezelfde expertise en capaciteit om wachttijden te verminderen. Het investeren in capaciteit is cruciaal om toegankelijke diagnostiek te garanderen. Wouters haalde ook aan dat de registratie en rapportering van de diagnostiek over alle organisaties heen eenvormig moet zijn om te komen tot bruikbare gegevens, wat tot op heden niet het geval is. “Hierdoor kan de problematiek niet volledig in kaart gebracht worden, wat nochtans cruciaal is voor de opvolging”, stelt Wouters.  

Tot slot zijn er ook periodes in het diagnostisch traject zonder aanbod. Meer inzicht is nodig over hoe deze periodes best ingevuld kunnen worden. De continuïteit van de zorg moet ook in de overgang tussen verschillende fases gewaarborgd blijven”, besluit Wouters.