Miljoenen voor taallessen, maar amper resultaat

“De lage uitstroomcijfers bewijzen wat wij al jaren zeggen: ondanks de miljoenen die in taalopleidingen worden gepompt, vinden veel te weinig anderstaligen daarna de weg naar werk”, zegt Vlaams Parlementslid Ilse Malfroot (Vlaams Belang). Uit het antwoord van minister Zuhal Demir (N-VA) op haar schriftelijke vraag blijkt dat slechts 41 procent van de cursisten die een Nederlands voor anderstaligen-opleiding (NT2) volgden drie maanden later werk vond. Bij opleidingen die rechtstreeks door de VDAB worden georganiseerd, ligt dat cijfer iets hoger (54 procent), maar bij de partnerorganisaties zakt het tot amper 32 procent.

Opmerkelijk is dat de minister toegeeft dat er geen aanwezigheden worden bijgehouden tijdens de lessen. “Hoe kan men het rendement van opleidingen meten als men zelfs niet weet of de cursisten effectief aanwezig zijn?”, vraagt Malfroot zich af. “Zonder controle op aanwezigheid is het onmogelijk om van efficiënt beleid te spreken.” Volgens haar illustreert dit perfect hoe vrijblijvend het huidige taalbeleid in Vlaanderen blijft voor nieuwkomers.

“Deze cijfers tonen ontegensprekelijk aan dat het huidige, te vrijblijvende taalbeleid faalt”

Het Vlaams Belang wijst er bovendien op dat het aantal trajecten waarin taal en werkplekleren worden gecombineerd, beschamend laag blijft. In 2024 volgden amper 353 werkzoekenden een IBO-T, de individuele beroepsopleiding met taalondersteuning. “Net dat is één van de meest effectieve instrumenten om anderstaligen duurzaam aan het werk te helpen”, aldus het Vlaams Parlementslid.

“Wij vragen al jaren een aanklampend en resultaatgericht taalbeleid met intensieve taalbadklassen”, besluit Malfroot. “Kennis van het Nederlands is niet enkel noodzakelijk om werk te vinden, maar ook om volwaardig te kunnen deelnemen aan onze samenleving. Deze cijfers tonen ontegensprekelijk aan dat het huidige vrijblijvende taalbeleid faalt.”