Nieuws
dinsdag, 30 aug 2022

“Nederland doet tenminste een poging migratie af te remmen”

Ook in Nederland is sprake van een nieuwe asielcrisis. Voor de eerste zeven maanden staat de teller in Nederland op 17.927 asielaanvragen. “Hoewel het Nederlandse cijfer onmiskenbaar piekt, dient gezegd dat de toestand in België nog desastreuzer is”, zegt federaal Kamerlid Dries Van Langenhove. “Voor een goed begrip: hier werden in de eerste zeven maanden niet minder dan 19.098 asielaanvragen geregistreerd, berekend per capita is dat bijna 70 procent meer dan bij onze noorderburen. Maar daar wordt tenminste nog gepoogd om de instroom via het kanaal van de gezinshereniging te beperken.”

Ondertussen kondigde de Nederlandse staatssecretaris voor Justitie en Veiligheid Eric van der Burg (VVD) enkele maatregelen aan om de crisis het hoofd te bieden. Zo zal Nederland op korte termijn 5.625 extra plaatsen voor asielzoekers voorzien. Daarnaast moeten er tegen 2024 37.500 sociale woningen bijkomen, waarvan maar liefst één derde gereserveerd is voor personen die genieten van internationale bescherming. “Het is echter zeer de vraag of daarmee de crisis kan bezworen worden”, aldus Van Langenhove. “Als er sprake is van een asielcrisis wordt – ook in eigen land – gereageerd door het optrekken van de opvangcapaciteit, maar dat brengt geen structurele oplossing met zich mee. Wel integendeel; het is in feite het vergroten van het aanzuigeffect. In België werden alleen al het afgelopen jaar 4.000 extra plaatsen in de opvang gecreëerd, maar asielzoekers blijven er toch bijkomen.”

“Door anders dan in Nederland gezinshereniging niet te beperken blijft België zichzelf in de etalage van de mensensmokkelaars plaatsen”

Daarnaast kondigde de Nederlandse staatssecretaris aan dat de hervestiging, in het kader van de zogenaamde Turkijedeal, tot eind 2023 niet meer zal worden uitgevoerd en dat gezinshereniging met vluchtelingen die geen woning hebben tijdelijk dient te worden opgeschort. “Al blijft de vraag of de voorgenomen maatregelen op het vlak van de gezinsherenging de EU-toets zullen doorstaan”, vervolgt Van Langenhove. “Het is in ieder geval opmerkelijk dat bij onze noorderburen tenminste een poging wordt ondernomen om de instroom via het kanaal van de gezinshereniging te beperken, terwijl daar in België nog altijd geen sprake van is. In tegenstelling tot andere Europese landen kunnen erkende asielzoekers nog altijd één jaar lang hun gezinsleden vrijwel zonder voorwaarden laten overkomen en wordt nog steeds geen beperking (quotum) opgelegd voor de gezinshereniging met subsidiair beschermden.”

“Voor het overige ben ik positief over de maatregelen die de Nederlandse staatssecretaris aankondigde om overlast aan te pakken”, aldus nog Van Langenhove. De Nederlandse regering maakt 45 miljoen euro vrij om een speciaal opvangregime te creëren voor de zogenaamde kansarme asielzoekers, bijvoorbeeld uit veilige landen van herkomst, die veel minder dan gemiddeld kans maken op de erkenning van hun asielaanvraag, nog veel kleiner dan gemiddeld. “Voor dit type asielzoeker komt een sober opvangregime dat vereist dat de betrokkene steeds beschikbaar is opdat de procedure versneld kan worden afgehandeld. En ook zal er worden gefocust op het versneld uitzetten van overlastgevende asielzoekers. Maatregelen waarop we in eigen land nog altijd moeten wachten.”

“De kern van de zaak blijft hoe dan ook dat wie een échte en duurzame oplossing wil voor de aanslepende immigratiecrisis, niet anders kan dan kiezen voor een Europese variant van het Australische model”, besluit Van Langenhove. “In plaats van te blijven uitkijken naar een fata morgana zoals het EU-migratiepact, zouden landen als Nederland en België op Europees vlak mee aan de kar moeten trekken om een daadwerkelijke en noodzakelijke trendbreuk in het asielbeleid en migratiebeleid mogelijk te maken.”