Stimulerende aanpak nodig voor de langdurig zieken

Bij ongewijzigd beleid zal tegen 2035 het aantal langdurig zieken in dit land stijgen tot 600.000. Vandaag ligt dit aantal op bijna een half miljoen personen. âDe aanpak van minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit) deugt nietâ, zegt Vlaams Belang-Kamerlid Ellen Samyn. âWe hebben geen nood aan een sanctionerende aanpak maar aan een stimulerende aanpak.â
In september 2021 maakte Vandenbroucke met veel tromgeroffel nieuwe maatregelen bekend voor langdurig zieken. Zo voerde hij een verplichte vragenlijst in die - wanneer deze niet ingevuld wordt - het verlies van een gedeelte van de uitkering tot gevolg heeft. Verder voerde hij boetes in voor bedrijven die te veel langdurig zieken onder hun personeel hebben. âHet Vlaams Belang verzet zich tegen sanctiesâ, aldus Samyn. âZij zullen dit probleem niet oplossen. We hebben nood aan stimulerende maatregelen, zowel voor werkgevers, als langdurig zieken.â
âNaast de vernietigende commentaren van het Rekenhof tonen ook de cijfers aan dat het Vivaldi-beleid voor langdurig zieken niet deugtâ
Daarnaast voorziet minister Vandenbroucke vanaf juli 80 terug-naar-werk-coördinatoren. âOp zich vinden wij dat een goede maatregelâ, vervolgt Samyn. âMaar de huidige regeling is een klucht. Iedere coördinator is verantwoordelijk voor meer dan 7.500 langdurig zieken. Hoe kunnen zij onze langdurig zieken de opvolging geven die ze verdienen?â Het Kamerlid verwijst naar het Rekenhof, dat vernietigend was voor de maatregelen van minister Vandenbroucke. âAls er iets brandt, is minister Vandenbroucke nooit ver weg. Zo ook bij het Rekenhof dat de maatregelen van Vandenbroucke al van bij het begin volledig afbrandde.â
âDe maatregelen van minister Vandenbroucke zijn een maat voor nietsâ, besluit Samyn. âNaast de vernietigende commentaren van het Rekenhof tonen ook de cijfers aan dat het Vivaldi-beleid voor langdurig zieken niet deugt.â Het Vlaams Belang pleit voor een positieve aanpak. Iedere langdurige zieke verdient al van bij de start de nodige opvolging. Zo kan gekeken worden of er taken zijn die wel nog lukken en of de persoon deeltijds kan terugkeren.