Persberichten
maandag, 08 apr 2024

Vlaams Belang wil noodnummer voor dierenmishandeling en -verwaarlozing

Foto: iStock. Vlaams Belang wil noodnummer voor dierenmishandeling en -verwaarlozing

Het Vlaams Belang wil een permanent bereikbaar noodnummer invoeren voor dierenmishandeling en dierenverwaarlozing. “In Nederland en het Verenigd Koninkrijk bestaat zo’n noodnummer al”, zegt Vlaams Parlementslid Els Sterckx. “En het is bijzonder nuttig gebleken. Een lagere meldingsdrempel betekent een betere controle, en een grotere pakkans voor dierenbeulen.”

In 2022 ontving Dierenwelzijn Vlaanderen 6.868 meldingen van dierenmishandeling. “Dat was bijna een verdubbeling ten opzichte van 2015”, aldus Sterckx. “Maar wellicht is dat maar het topje van de ijsberg.” Het Vlaams Parlementslid benadrukt dat de drempel om dierenmishandeling of -verwaarlozing aan te geven nog steeds te hoog ligt, en dat mensen die wel melding willen doen, maar al te vaak worden afgescheept door onvoldoende geïnformeerde politiediensten, voor wie dierenwelzijn helaas geen prioriteit vormt.

“Dierenleed beter kunnen controleren en zoveel mogelijk daders bestraffen”

“Vandaag wordt het melden van dierenleed nodeloos moeilijk gemaakt”, gaat Sterckx verder. “Zo biedt het Vlaamse infonummer 1700 niet eens een keuzemogelijkheid ‘dierenwelzijn’ aan. En op de website van de Dienst Dierenwelzijn, die als dienst op zich vaak niet eens te bereiken is, is men verplicht de identiteit en het adres van de eigenaar van het dier te vermelden. Alsof die informatie steeds gekend zou zijn.”

Het Vlaams Belang wil dierenleed beter kunnen controleren en zoveel mogelijk daders bestraffen. De partij pleit daarom voor een permanent noodnummer, en spiegelt zich hiervoor aan het noodnummer 144 in Nederland, en de zogenaamde ‘Cruelty Line’ in het Verenigd Koninkrijk. “In die landen worden die noodnummers de klok rond bemand door mensen met expertise in dierenwelzijn”, besluit Sterckx. “De bijna zevenduizend meldingen die, alle moeilijkheden ten spijt, in 2022 in Vlaanderen werden gedaan, bewijzen dat het bestrijden van dierenleed veel hoger in de prioriteitenladder moet komen te liggen.”