Persberichten
maandag, 15 apr 2024

Vlaams minister-president moet rechtstreeks worden verkozen

Foto: Vlaams Belang. Vlaams minister-president moet rechtstreeks worden verkozen

Het Vlaams Belang pleit onomwonden voor één Vlaamse kieskring, en een rechtstreeks verkozen minister-president. “Die rechtstreekse verkiezing zet de Vlaamse democratie en de eenheid van de Vlaamse gemeenschap in de verf”, zegt Vlaams Belang-voorzitter Tom Van Grieken. “En het is een logische stap in de evolutie naar een onafhankelijk Vlaanderen.”

Bij de verkiezingen voor het Vlaams Parlement geldt vandaag een kiessysteem met vijf provinciale kieskringen en een kieskring Brussel-Hoofdstad. Iedere kieskring heeft een eigen lijst met kandidaten om te gaan zetelen in het Vlaams Parlement. En wie wil kandideren, mag dat momenteel enkel doen op een lijst in een van die zes kieskringen. Na de verkiezingen moeten de partijen die een meerderheid in het parlement hebben gevonden, dan een ploeg van ministers en een minister-president aanduiden.

“Rechtstreekse verkiezing zal zorgen voor meer democratie”

Het Vlaams Belang wil af van dat systeem met zes kieskringen. “Vlaanderen vormt één cultuur en ook één democratie. Het is volstrekt onlogisch dat West-Vlamingen niet op een Antwerpenaar kunnen stemmen of omgekeerd”, aldus de voorzitter. “En daarnaast willen we ook dringend af van het systeem waarin particratie hoogtij viert en een minister-president wordt aangeduid door een paar machtige partijvoorzitters. Dat is een aanfluiting van de volkssoevereiniteit. Net zoals ook het feit dat een grote groep niet-verkozen politici plots minister worden dat is. De keuze die de kiezer in het stemhokje maakt, moet gerespecteerd worden.”

“Een rechtstreekse verkiezing van de minister-president zal niet enkel bijdragen aan het gemeenschapsgevoel en het identiteitsbesef van de Vlamingen”, besluit Van Grieken. “Een eerlijk systeem waarbij de man of vrouw met de meeste voorkeurstemmen aan het hoofd van een regering komt te staan, zal ook zorgen voor een transparanter en representatiever bestuursapparaat, en dus de democratie enkel ten goede komen.”