Geld voor hulp gaat vaak niet naar minderbedeelden

Het Vlaams Belang wil een betere controle op de besteding van de middelen en op de realisatie van de beoogde doelstellingen van organisaties die actief zijnĀ in de hulp aan gehandicapten of in armoedebestrijding.Ā āSindsĀ vele jaren zijn er klachten over het misbruik binnen sommige vzwās van de middelen die hen toevertrouwd wordenā, zegt Kamerlid Ellen Samyn.Ā āVeleĀ mensen geven in volle vertrouwen geld aan deze organisaties omdat de overheid zelf grotendeels in gebreke blijft.ā
Het speelveld van organisaties die betrokken zijn bij de opvang en hulp aan gehandicapten of actief zijn in armoedebestrijding is zeer ruim en divers. In dit landschap zijn vele honderden vzwās actief, al dan niet gesteund door de overheid. āSommige krijgen structurele werkingsmiddelen van de overheid terwijl andere via publieke giften hun werking ondersteund zien. Een deel van deze donaties zijn fiscaal aftrekbare giften en worden dus indirect door de overheid, u en ik dus, betaaldā, aldus Samyn. āOp zich is dat niet verkeerd. De burger beslist op deze manier voor een stukje zelf wat er met zijn centen gebeurd. Nu is er op vandaag echter weinig transparantie wat er met deze middelen wordt aangevangen.ā
āBedrijven zijn er om winst te genereren, vzwās in de armoede- of gehandicaptensector zijn er om hulp te biedenā
De wachtlijsten voor gehandicaptenopvang worden niet weggewerkt. De armoedecijfers kennen spijts alle inspanningenĀ geen dalende, maar een stijgende tendens. āDe coronacrisis heeft er zeer zwaar ingehakt en de gevolgen zijn nu al zichtbaarā, vervolgt Samyn. āDaarom is het schrijnend vast te stellen dat sommige organisatiesĀ de middelen die ze hebben niet besteden aan hun nobele doelstelling: het helpen van mensen die terecht onze steun verdienen.ā
āDe overheid moet zich niet inlaten met de manier waarop deze vzwās hun werking organiseren. In veel van deze vzwās zijn zeer veel vrijwilligers actief die iedere dag het beste van zichzelf geven om de hulpbehoevende medemens te steunen. In vele vzwās is er veel kennis van het werkveld aanwezig en dat is goedā, besluit Samyn. āMaar waar de overheid wel moet op toezien is dat deze vzwās geen patrimoniumvennootschappen worden die direct of indirect met overheidsgeld worden gefinancierd en dat de besteding van de middelen rechtstreeks in correlatie staat met hun doelstelling. Anders kan er van structurele ondersteuning of indirecte via aftrekbare giften geen sprake zijn. De steun moet terecht komen bij wie hulp nodig heeft. Nu meer dan ooit.ā