Nieuws
donderdag, 27 okt 2022

Onderwijsinspectie deelt kritiek Vlaams Belang op Digisprong

Een onderzoek van de Vlaamse onderwijsinspectie bevestigt dat de meeste scholen hun ICT-hardware niet ten volle benutten en er nog ernstige tekorten zijn in de leraren hun competenties. “Dit sluit aan bij onze kritiek op de Digisprong van minister Weyts”, zegt Vlaams Parlementslid Roosmarijn Beckers. “Mijn grote vrees is dat vooral de noden en doelen rond professionalisering niet vervuld zullen worden en dat die laptops van Weyts louter een prestigieuze hardwareverdeling waren.”

Een jaar na de opstart van Digisprong lijkt het project vooralsnog onvoldoende vruchten af te werpen. Dat blijkt uit een onderzoek van de Vlaamse onderwijsinspectie via de VOI.CE-app bij 7.500 directeurs, leraren, leerlingen en ouders en uit de Eduscan, een bevraging bij 500 directeurs, leraren en ICT-verantwoordelijken door Econocom. Een van de hoofdvaststellingen is dat de verleende hardware door de meeste scholen onderbenut wordt. Zeker 55 procent van de respondenten geeft aan dat ze de laptops nauwelijks gebruiken. Een 18 procent gebruikt ze niet en 37 procent slechts een paar keer maand. Indien de laptops gebruikt worden, is het vaak voor eenvoudige taken die niet meteen een grote meerwaarde bieden.

“Leerkrachten lezen eens een tekst op de laptop in plaats van het boek, maar dat is niet doordacht digitaal lesgeven”, zegt Roosmarijn Beckers. “Als de grootste verandering is dat de papieren cursus nu een cursus op pdf is, dan ben je niet bezig aan kwaliteitsvol digitaal onderwijs.”

“Digisprong mag niet louter een prestigieuze hardwareverdeling zijn”

Beckers wijst op een volgens haar nog belangrijker punt, namelijk dat er nu nog ernstige tekorten zijn in technische, maar vooral ook in pedagogisch-didactische competenties bij heel wat leraren. “Zelf schatten leraren zich hoog in. Zo’n 77 procent beschouwt zichzelf als voldoende vaardig, maar dat blijkt niet overeen te stemmen met de realiteit. Slechts 45 procent van de beleidsteams en 42 procent van de ICT-coördinatoren denkt dat het schoolteam voldoende vaardigheden heeft om ICT te integreren in hun lespraktijk”, legt Beckers uit. “Er is dus een grote nood aan professionalisering, dat gaat dan zowel over het aanbod als over middelen. Een doelgericht professionaliseringsbeleid uitbouwen blijft een groot werkpunt bij veel scholen.”

Het rapport bevestigt volgens Beckers vooral de tekortkomingen bij de Digisprong-operatie die het Vlaams Belang al verschillende malen heeft aangehaald richting onderwijsminister Ben Weyts (N‑VA), namelijk:

  1. Het beleidsmatige kader van de Digisprong is te snel en te ondoordacht opgemaakt.
  2. Een kwaliteitsvol ICT-beleid start eerst met reflectie, competenties bij de leraren aanpakken en dus professionalisering, en niet met laptops uit te delen, zoals nu gebeurd is.
  3. De noden inzake professionalisering binnen ons lerarenkorps zijn zeer heterogeen, en veronderstellen dus een structurele gedegen aanpak op maat, geen generieke maatregelen of snelle ICT-bootcamps.
  4. Er zijn te veel zorgen omtrent structurele middelen die de garantie moeten bieden dat een kwaliteitsvolle verankering van digitaal onderwijs op lange termijn gewaarborgd blijft.

“Minister Weyts maakt zich sterk dat het hier om een eerste tussentijdse evaluatie gaat en dat de Digisprong nog een jaar tijd heeft om kwaliteitsvol geïmplementeerd te worden, maar ik heb daar toch zeer sterke twijfels bij”, besluit Beckers. “Mijn grote vrees is dat vooral de noden en doelen rond professionalisering niet vervuld zullen worden en dat die laptops louter een prestigieuze hardwareverdeling waren.”