Vlaamse regering erkent buitenlandse inmenging, federale regering blijft blind
Kamerlid Alexander Van Hoecke confronteerde minister van Justitie Annelies Verlinden (cd&v) deze week in de Kamer met de aanhoudende federale steun aan moskeeën die gelinkt zijn aan Diyanet en Milli Görüs. Terwijl de Vlaamse regering eindelijk het Vlaams Belang volgt en toegeeft dat deze structuren verlengstukken zijn van de Turkse staat, wil de federale regering-De Wever hen erkennen als gesprekspartner. “Wanneer gaat deze regering eindelijk het licht van de zon erkennen?”, vroeg Van Hoecke. “Het is tijd om Diyanet en Milli Görüs te erkennen voor wat ze zijn: buitenlandse inmenging, gesubsidieerd met ons belastinggeld.”
De tussenkomst kwam er nadat Vlaams minister Hilde Crevits (cd&v) aankondigde dat er geen nieuwe Diyanet- of Milli Görüs-moskeeën meer erkend zullen worden in Vlaanderen. Volgens Van Hoecke bewijst dit dat het Vlaams Belang al jaren terecht aan de alarmbel trekt. “Diyanet en Milli Görüs worden aangestuurd vanuit Turkije. Ze zijn politieke instrumenten van een buitenlandse mogendheid.” Toch blijven reeds erkende moskeeën gelinkt aan deze netwerken bestaan en subsidies ontvangen.
“Het is tijd om dat niet langer te tolereren, de kraan dicht te draaien en al die Erdogan-moskeeën te sluiten”
Van Hoecke richtte zijn pijlen scherp op Verlinden, die net meer invloed wil geven aan Diyanet en Milli Görüs door hen te laten zetelen in het representatief orgaan van de islamitische eredienst. “De minister wil hen aan de knoppen laten zitten en mee laten beslissen over de erkenning van moskeeën. De omgekeerde wereld.” Volgens Van Hoecke is het onbegrijpelijk dat de federale regering deze Turkse staatsstructuren blijft behandelen als legitieme partners, terwijl zelfs de Vlaamse regering nu het gevaar erkent.
Het Vlaams Belang eist dan ook dat de federale regering onmiddellijk stopt met het subsidiëren van deze organisaties en werk maakt van een fundamentele herziening van het erkenningsbeleid. “Het is tijd om dat niet langer te tolereren, de kraan dicht te draaien en al die Erdogan-moskeeën te sluiten”, besluit Van Hoecke. “Het staat als een paal boven water dat deze moskeeën instrumenten zijn van de Turkse regering, en dat hoort hier dus niet thuis.”