Nieuws
woensdag, 27 apr 2022

Steeds meer tolken ingezet in Vlaamse justitiehuizen

Er zijn in 2021 in de Vlaamse justitiehuizen maar liefst 668 tolkopdrachten uitgevoerd. Dit blijkt uit cijfers die Vlaams Parlementslid Adeline Blancquaert (Vlaams Belang) opvroeg bij Vlaams minister van Justitie en Handhaving Zuhal Demir. “Dit is bijna een verdubbeling tegenover 2020 en zelfs een vertienvoudiging tegenover 2017”, zegt Blancquaert. De drie talen waarvoor het meest gebruik gemaakt wordt van een tolk, zijn achtereenvolgens Arabisch, Frans en Turks.

Er zijn in Vlaanderen veertien justitiehuizen die vooral als doel hebben om daders te begeleiden bij hun strafuitvoering en slachtoffers bij te staan. De justitiehuizen kunnen daarbij ook beroep doen op gecertifieerde tolken van het Agentschap Integratie en Inburgering of de stedelijke agentschappen van Antwerpen, Gent en Brussel. De vraag naar tolkopdrachten in de justitiehuizen is op vijf jaar tijd bijna vertienvoudigd van 78 tolkopdrachten in 2017 naar 668 in 2021. Het gaat ook bijna om een verdubbeling in vergelijking met 2020 toen er 384 opdrachten werden uitgevoerd.

Adeline Blancquaert vindt deze toename opmerkelijk. “Terwijl zo veel Vlamingen het financieel steeds moeilijker hebben, is het toch ongehoord dat Vlaamse overheid steeds meer geld moet uitgeven aan mensen die geen Nederlands kunnen of willen leren”, zegt Blancquaert. “Bovendien blijkt uit de cijfers dat het dan nog voornamelijk om Arabische en Franssprekende daders gaat.”

“Het is schokkend dat Demir de schuld van de toename bij haar eigen diensten legt die onvoldoende Frans zouden kennen”

In 2021 waren met 368 bovendien meer dan de helft van de tolkopdrachten aangevraagd in het kader van daderbegeleiding. Daartegenover staat dat met amper 15 opdrachten iets meer dan twee procent ging om slachtofferbegeleiding. In 2021 vond meer dan de helft van de tolkopdrachten in de Vlaamse justitiehuizen plaats in die van Antwerpen (237) en Dendermonde (105). Hierna volgden Tongeren en Gent met respectievelijk 83 en 57 opdrachten.

Minister Demir wijt de stijging van het aantal tolkopdrachten aan de nieuwe en jonge medewerkers in de justitiehuizen, die geen Frans kunnen spreken. “Het kan toch niet dat een minister van een zelfverklaarde Vlaams-nationalistische partij het personeel van haar eigen Vlaamse dienst verwijt dat ze geen Frans spreken?”, aldus Blancquaert. “Zit Demir soms nog in de negentiende eeuw?”

“Niet alleen is het problematisch dat nieuwkomers zich zo vaak bezondigen aan criminele feiten, maar dat Vlaanderen hen dan ook nog eens helpt in hun eigen taal, op kosten van de eigen bevolking, slaat alles”, zegt Blancquaert ook. “Vlaanderen moet ermee stoppen deze tolkopdrachten te bekostigen en streng toezien op het eentalige gebruik van het Nederlands in diensten gefinancierd door de Vlaamse overheid”, besluit Blancquaert.