Rekenhof moet mismanagement van waarderingsplatform voor de zorg onderzoeken

Na zogezegde ‘ondermaatse resultaten’ besliste minister van Welzijn Caroline Gennez (Vooruit) in april eenzijdig om het nog maar een jaar geleden opgerichte ‘waarderingsplatform’ voor de zorg nu al stop te zetten. Tot verbazing van ieder, want de nochtans aangekondigde evaluatie vond nog niet plaats. Vlaams Parlementslid Freija Van den Driessche ontdekte via parlementaire vragen dat er meer aan de hand is. “Er werd op een jaar tijd liefst 3,3 miljoen euro aan het project besteed, wat neerkomt op bijna 3.700 euro per uitgebrachte waardering”, reageert ze, “Kosten op het sterfhuis dus voor een project waar nu de stekker uit wordt getrokken.” Het parlementslid wil het Rekenhof vragen om het klaarblijkelijke mismanagement te onderzoeken.
Het Waarderingsplatform werd in april 2024 met veel ambitie gelanceerd als een instrument om de kwaliteit en transparantie in de zorg te verbeteren, met als uitgangspunt dat gebruikers van zorgvoorzieningen hun ervaringen zouden kunnen delen. De oprichting was trouwens ook de uitvoering van een aanbeveling van de parlementaire onderzoekscommissie naar de veiligheid in de kinderopvang, die werd opgericht na reeks drama's in kinderdagverblijven. Alhoewel minister Gennez op een eerdere vraag van Van den Driessche van november 2024 nog toegaf dat het platform “nog niet voldoende bekend was bij de bevolking, noch bij de sector zelf” en systeemaanpassingen zouden worden onderzocht die er wel een succes van zouden kunnen maken, trok ze in april onverwacht de stekker uit het project.
Nochtans werd er inmiddels al veel geld uitgegeven aan het platform. Maar liefst 3,3 miljoen euro waarvan bijna 1,5 miljoen naar consultancybureau KPMG vloeide, zo ontdekte Van den Driessche. "Het waarderingsplatform had een nuttig instrument kunnen zijn voor Vlaamse zorggebruikers, maar werd door slecht bestuur en gebrek aan bekendmaking een peperduur fiasco," stelt Vlaams Parlementslid Freija Van den Driessche vast. “Met slechts 893 waarderingen hing aan elk bericht op dit platform dus een absurd hoog prijskaartje van bijna 3.700 euro!”
Volgens Van den Driessche had met een goede aanpak en bekendmaking het waarderingsplatform zeker een succes kunnen zijn. "In Nederland bestaat een gelijkaardig systeem, de Zorgkaart. Daar werden op twee jaar tijd veertigduizend waarderingen geplaatst. Ouderenzorgaanbieder Armonea heeft trouwens een eigen platform en weet wel resultaat te behalen: meer dan 8000 reviews in de afgelopen 24 maanden”, zegt Van den Driessche, “Er is dan ook geen enkele reden te bedenken voor de mislukking van het waarderingsplatform, tenzij mismanagement.”
“De kosten liepen volledig uit de hand, zonder dat iemand blijkbaar aan de alarmbel trok”
“Ook de sector treedt me bij in mijn bedenkingen en wijst niet alleen op een slechte bekendmaking, maar ook op het feit dat een dergelijk platform met beperkte functionaliteiten voor een fractie van het budget hadden kunnen worden ontwikkeld”, aldus Van den Driessche. Bijzonder problematisch was volgens het parlementslid de fors oplopende kostprijs van extern consultancybureau KPMG. "KPMG ontving in totaal 1.412.796 euro, verdeeld over drie opdrachten. De kosten liepen volledig uit de hand, zonder dat iemand blijkbaar aan de alarmbel trok."
Hoewel het project al in april 2025 werd stopgezet, loopt het formeel nog door tot januari 2026, waardoor er nog steeds kosten worden gemaakt. "De hoge opstartkosten zijn nu kosten op het sterfhuis geworden," concludeert Van den Driessche. "Dit moet wel het duurste platform zijn dat ooit werd ontwikkeld voor zo weinig resultaat, terwijl het concept op zich waardevol is. De Vlaming betaalt de rekening van dit wanbeleid.”
Van den Driessche zal in het Vlaams Parlement een motie indienen om het Rekenhof een grondig onderzoek te laten uitvoeren naar de ontspoorde kosten van het waarderingsplatform. "We moeten weten hoe het mogelijk is dat een goed idee zo slecht werd uitgevoerd en hoe de kosten zo compleet uit de hand konden lopen. Het Rekenhof moet bijvoorbeeld uitzoeken hoe consultancykosten konden verdrievoudigen zonder dat er werd ingegrepen," besluit Van den Driessche.