Nieuws
zondag, 28 sep 2025

Taalheldklassen Demir: te laat, te weinig en te vrijblijvend

De geplande taalheldklassen in het lager onderwijs blijven vaag en omstreden. Enerzijds blijven de Vlaamse coalitiepartners hopeloos verdeeld over welke leerlingen deze trajecten mogen volgen. Anderzijds zijn er geen duidelijke richtlijnen of screeningsinstrumenten omtrent de toeleiding. “Hierdoor dreigen kinderen met serieuze taalachterstanden nog altijd te weinig Nederlands te leren, terwijl leerkrachten extra druk op de schouders krijgen”, zegt Vlaams parlementslid Roosmarijn Beckers.

In de Commissie Onderwijs ging Vlaams parlementslid Roosmarijn Beckers in debat met minister van Onderwijs Zuhal Demir (N-VA) over de geplande taalheldklassen. Die tijdelijke aparte trajecten moeten in het lager onderwijs kinderen die te weinig Nederlands kennen intensief Nederlands bijspijkeren, zodat ze snel aansluiting vinden in de gewone klassen. Beckers wees daarbij op de verwarring en verdeeldheid binnen de Vlaamse Regering over de doelgroep en de concrete invulling van die klassen. 

“Volgens minister Demir moeten taalheldklassen niet enkel dienen voor anderstalige nieuwkomers of kinderen die overstappen vanuit het Franstalig onderwijs, maar in secundaire orde ook voor leerlingen die hier al langer schoollopen maar een ernstige taalachterstand hebben”, stelt Beckers. “Dat de taalheldklassen die beide doelgroepen omvat, lijkt mij logisch en noodzakelijk. Maar haar coalitiepartner Vooruit zegt daarentegen dat dit ‘compleet indruist tegen wat afgesproken is’, want voor hen mag dit enkel dienen voor anderstalige nieuwkomers en niet voor die laatstgenoemde groep. Ze kondigen zelfs aan het plan op alle manieren te willen blokkeren als dit te veel kinderen zou treffen. Hoe kan het onderwijsveld zich nu deftig voorbereiden als zulke tegenstrijdige boodschappen de wereld in worden gestuurd door de regeringspartijen?”

Buiten de discussie rond de doelgroep blijft het plan volgens Beckers ook op het vlak van toeleiding en concrete uitwerking op fundamentele vragen botsen. Zo is het volgens de minister de klassenraad die volledig op eigen inzichten en zonder objectieve toetsing beslist wie naar een aparte taalheldklas moet en voor wie drie uurtjes extra remediëring voldoende zal zijn. “Dat zet de deur open voor onduidelijkheid, vrijblijvendheid en een dispersieve aanpak tussen scholen onderling”, aldus Beckers.

“Zonder objectieve screenings en heldere criteria riskeert dit project te verzanden in vrijblijvende opvang”

Het Vlaams Belang-parlementslid dringt daarom aan op duidelijke richtlijnen en systematische screeningsinstrumenten, zodat de doorverwijzing naar een taalheldklas niet louter afhankelijk wordt van nattevingerwerk of ideologische tendensen binnen de klassenraad. “Ik heb enorm veel vertrouwen in onze leraren, maar veel van hen zijn de laatste 20 jaar opgeleid in het ondertussen afgedane idee dat kinderen vanzelf taal verwerven door menging in de klas. Velen zaten in de aula van academici die nu nog altijd het idee van die aparte taalheldklassen verketteren”, zegt Beckers. “Zonder duidelijke screenings en criteria dreigen kinderen die nauwelijks Nederlands begrijpen toch in het gewoon onderwijs te belanden. Dat is nefast voor henzelf én voor de klas.” Verder kaartte ze aan dat de praktische uitwerking extra druk legt op de reeds overbelaste leerkrachten.

Volgens Beckers zijn, ondanks goede intenties, de plannen onvoldoende hard verankerd. “Zonder bindende afspraken, zonder heldere criteria en zonder draagvlak binnen de meerderheid riskeert dit project te verzanden in vrijblijvende veredelde opvang”, besluit Beckers. “Aparte taalbadklassen staan al jaren in het programma van het Vlaams Belang. Het is goed dat de minister ze eindelijk wil invoeren, maar door het jarenlange talmen en de interne verdeeldheid binnen de Vlaamse Regering komt dit beleid te laat en is het te vrijblijvend. Dit is maar een flauw afkooksel van ons concept van de Conscience-klassen. Voor het Vlaams Belang zijn verplichte en kwalitatief sterke taalbadklassen essentieel, maar wat nu voorligt is slechts een halfslachtige stap vooruit. Te weinig en te laat.”