Nieuws
donderdag, 28 aug 2025

Communautaire scheeftrekking bij FOD Buitenlandse Zaken verslechtert

Het Vlaams Belang is ontzet over de aanhoudende en verslechterende communautaire scheeftrekking bij het personeel van de FOD Buitenlandse Zaken. Uit het antwoord op een schriftelijke vraag hierover van Kamerlid Britt Huybrechts aan buitenlandminister Maxime Prévot (Les Engagés) blijkt dat het evenwicht tussen de taalrollen volledig zoek is. “We zien dat de verhouding tussen het Nederlandstalig en Franstalig personeel bij de FOD Buitenlandse Zaken lang geen afspiegeling is van de communautaire realiteit in dit land”, aldus Huybrechts. “Vooral in de derde en vijfde taaltrap, die het meeste taaltoelagen ontvangen, bestaat er een scheeftrekking in het nadeel van de Vlamingen.”

De taalverhoudingen voor het overheidspersoneel zijn geregeld in de taalwetten inzake bestuurszaken van 1966. Deze schrijven een evenwichtige verdeling voor wat betreft de verhouding tussen Nederlandstaligen en Franstaligen. “Eigenlijk zou dit een 60/40-verdeling moeten zijn, zoals die van toepassing is op het militair personeel, maar helaas evenmin gerespecteerd wordt”, vervolgt Huybrechts. “In de diensten van Buitenlandse Zaken is de magere ambitie om een 50/50-verhouding na te streven, maar zelfs dat lukt niet overal.”

“Bizar dat men niet meer Nederlandstaligen vindt die goed Frans praten”

Over het geheel van de diensten van de FOD BuZa is het aandeel ongeveer 50/50, wat volgens het Vlaams Belang alvast geen demografische realiteit reflecteert van 7 miljoen Vlamingen en 4 miljoen Walen. Maar het onevenwicht valt eerder op in de hogere taaltrappen, de functies waarvoor de meeste taalkennis vereist is en die het meeste toelagen hiervoor ontvangen. “In de 3de taaltrap is er een licht onevenwicht en in de hoogste taaltrap zelfs een scheeftrekking van 57,3 procent Franstaligen en slechts 42,7 procent Nederlandstaligen”, gaat Huybrechts door. “Deze cijfers verslechteren zelfs doorheen de tijd, want in 2022 ging het nog om 54,2 procent Franstaligen versus 45,7 procent Nederlandstaligen. Bizar dat men niet meer Nederlandstaligen vindt die goed Frans praten, aangezien over het algemeen de kennis van het Frans bij Vlamingen beter is dan omgekeerd.”

Het Vlaams Belang roept daarom op tot kordatere maatregelen om het taalevenwicht te herstellen. “In feite moet men de taalwet aanpassen en een strikte 60/40-regeling opnemen, want enkel die verhouding respecteert de demografische realiteit”, besluit Huybrechts. “Hoog tijd dat minister Prévot het taalevenwicht in zijn diensten herstelt en meer Vlamingen aanwerft!”